De nieuwe wet patiëntenrechten voor jouw gezondheids- of medische praktijk
6 juni 2024
Recent trad de nieuwe Wet Patiëntenrechten in werking. Een wet die ook op het vlak van gegevensverwerking en gegevensbescherming een impact heeft op de medische sector en de gezondheidssector.
Het belang van de patiënt centraal
De nieuwe Wet Patiëntenrechten strekt ertoe om, na ruim 20 jaar, de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt aan te passen aan de geëvolueerde gezondheidszorg. Die evolutie omvat onder meer de geïntegreerde zorg, digitalisering en zorg georganiseerd rond de levensdoelen van de patiënt. Hierbij staat (het belang van) de patiënt centraal.
Hierbij is de Wet Patiëntenrechten 2.0 een feit!
Globaal overzicht van de belangrijkste wijzigingen
De nieuwe Wet Patiëntenrechten omvat onder meer:
- de opheffing van de uitsluiting van de persoonlijke notities van de gezondheidszorgbeoefenaar van het recht op inzage en afschrift van het patiëntendossier
- de herformulering van de ‘therapeutische exceptie’
- de regeling van het recht op inzage en afschrift van het patiëntendossier van een overleden minderjarige patiënt
- het recht op elektronische ontsluiting van gezondheidsgegevens vanaf een door de Koning te bepalen datum
- de herformulering van het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer, inzonderheid wat betreft de informatie over de gezondheidstoestand
- de regeling omtrent de aanduiding en draagwijdte van de bevoegdheid van de vertrouwenspersoon van de patiënt
- de regeling omtrent de aanduiding en het optreden van de vertegenwoordiger van de patiënt
- de gegevens die in het patiëntendossier moeten worden opgenomen
Het patiëntendossier
Wat voorafging
De oude Wet Patiëntenrechten bepaalde dat de gegevens over derden en de persoonlijke notities (kanttekeningen, denkpistes,...) van de zorgverlener uitgesloten waren uit het inzagerecht van de patiënt.
Het begrip ‘persoonlijke notities’ werd in de voorbije jaren vaak in vraag gesteld of als onduidelijk beschouwd. Daarom werd in de nieuwe Wet Patiëntenrechten besloten om de persoonlijke notities te schrappen uit artikel 9.
Recht op een zorgvuldig bijgehouden en veilig bewaard patiëntendossier
De patiënt heeft ten opzichte van de gezondheidsbeoefenaar recht op een zorgvuldig bijgehouden en veilig bewaard patiëntendossier.
Recht op inzage in het patiëntendossier
- Aan het verzoek van de patiënt tot inzage in zijn/haar patiëntendossier wordt onverwijld en ten laatste binnen 15 dagen na ontvangst ervan gevolg gegeven.
- Persoonlijke notities: de nieuwe wet schrapt het concept van de ‘persoonlijke notities van de zorgverlener’ uit de wet, met als doel om het patiëntendossier eenduidiger te maken. De patiënt zal inzage kunnen krijgen in het volledige dossier, weliswaar met uitzondering van de gegevens over derden.
- Indien het patiëntendossier een schriftelijke motivering bevat (zie ‘therapeutische exceptie: gradueel verloop’) die nog steeds van toepassing is, oefent de patiënt zijn inzagerecht uit via een door hem aangewezen gezondheidsbeoefenaar
- Recht op inzage na het overlijden van de patiënt: na het overlijden van de patiënt kunnen volgende personen een recht op inzage uitoefenen mits hun verzoek voldoende gemotiveerd en gespecificeerd is en de patiënt zich hiertegen niet uitdrukkelijk heeft verzet:
- de echtgenoot
- de wettelijk samenwonende partner
- de partner
- de bloedverwanten tot en met de tweede graad van de patiënt
- een door de verzoeker aangewezen gezondheidsbeoefenaar
- Recht op inzage na het overlijden van de minderjarige patiënt: na het overlijden van de minderjarige patiënt mag de persoon die op het moment van overlijden van de patiënt handelde als diens vertegenwoordiger en de bloedverwanten tot en met de tweede graad van de patiënt, het recht op inzage en het recht op afschrift uitoefenen. Het verzoek van de bloedverwanten tot en met de tweede graad van de patiënt moet voldoende gemotiveerd en gespecificeerd zijn.
Indien de minderjarige patiënt tijdens het leven zijn rechten zelfstandig uitoefende, komt dit recht toe aan de persoon die overeenkomstig artikel 12, § 1 de minderjarige patiënt zou hebben vertegenwoordigd. Het recht op inzage en afschrift kan niet worden uitgeoefend indien de patiënt zich uitdrukkelijk heeft verzet.
De betrokken persoon heeft recht op toelichting over de inhoud van het betreffende patiëntendossier. De gezondheidszorgbeoefenaar weigert het bedoelde afschrift indien hij over duidelijke aanwijzingen beschikt dat de betrokken persoon onder druk wordt gezet om een afschrift van het patiëntendossier aan derden mee te delen.
Recht op afschrift
De patiënt heeft het recht op een afschrift van zijn/haar patiëntendossier, conform de regels in artikel 9 par. 2.
De patiënt bepaalt of hij dit op papier of elektronisch wenst te ontvangen.
- Elk eerste afschrift is gratis.
- Voor bijkomende afschriften kan enkel een administratieve kost aangerekend worden die redelijk en verantwoord moet zijn, en niet meer kan bedragen dan de reële kostprijs.
- De gezondheidsbeoefenaar kan een afschrift weigeren indien hij over duidelijke aanwijzingen beschikt dat de patiënt onder druk gezet wordt om een afschrift van zijn dossier aan derden mede te delen.
Recht op toelichting
Naast het recht van inzage in het patiëntendossier voorziet de nieuwe wet ook het recht van de patiënt om toelichting te krijgen over de inhoud van het hem of haar betreffende patiëntendossier. Dit recht op uitleg biedt de zorgverlener de mogelijkheid om toelichting te geven bij het dossier om te voorkomen dat de patiënt bepaalde onderdelen van diens dossier verkeerd interpreteert.
Therapeutische exceptie: gradueel verloop
De ervaring leert dat situaties waarin een therapeutische exceptie moet worden overwogen niet steeds ‘zwart-wit’ zijn en bovendien kunnen evolueren in de tijd.
Indien de gezondheidszorgbeoefenaar meent dat het meedelen van alle informatie klaarblijkelijk ernstig nadeel voor de gezondheid van de patiënt zou meebrengen, gaat de gezondheidszorgbeoefenaar na of de bedoelde informatie gradueel kan worden meegedeeld. Op geregelde tijdstippen gaat de gezondheidszorgbeoefenaar na of het klaarblijkelijk ernstig nadeel nog aanwezig is.
Hierdoor wordt de therapeutische exceptie waarbij absoluut geen informatie wordt verschaft, getemperd en wordt deze tot een echte uitzondering gemaakt. Er wordt dus steeds de voorkeur gegeven aan het verstrekken van (enige) informatie.
De reeds bestaande verplichting om inzake de therapeutische exceptie een schriftelijke motivering toe te voegen aan het patiëntendossier, blijft ook behouden.
De begrippen vertrouwenspersoon en vertegenwoordiger
Een vertrouwenspersoon is een persoon die een patiënt bijstaat bij de uitoefening van zijn rechten als patiënt.
Een vertegenwoordiger is een persoon die de rechten van de patiënt uitoefent indien de patiënt niet in staat is om zelf zijn rechten als patiënt uit te oefenen.
Vertrouwenspersoon
De patiënt heeft het recht zich te laten bijstaan door een vertrouwenspersoon of vertrouwenspersonen bij de uitoefening van diens rechten. De patiënt bepaalt de draagwijdte van de bevoegdheid van de vertrouwenspersoon.
De patiënt heeft het recht de in artikel 7, § 1, en 8, § 2, bedoelde informatie, het inzagerecht en het recht op afschrift uit te oefenen via een vertrouwenspersoon.
Vertegenwoordiging van de patiënt
Bij een patiënt die minderjarig is, worden de rechten uitgeoefend door de personen die het gezag over de minderjarige uitoefenen of door zijn voogd.
De patiënt wordt betrokken bij de uitoefening van zijn rechten rekening houdend met zijn leeftijd en maturiteit. De in de wet opgesomde rechten kunnen door de minderjarige patiënt, die tot een redelijke beoordeling van zijn belangen in staat kan worden geacht, zelfstandig worden uitgeoefend.
De in deze wet vervatte rechten van een meerderjarige persoon worden door de persoon zelf uitgeoefend voor zover hij hiertoe wilsbekwaam is. Deze rechten worden evenwel uitgeoefend door een vertegenwoordiger, voor zover en zolang hij niet in staat is om zijn rechten zelf uit te oefenen.
De vertegenwoordiger oefent de rechten van de patiënt uit in het belang van de patiënt en overeenkomstig de door de patiënt geuite waarden, voorkeuren van actuele en toekomstige zorg en levensdoelen. Hij betrekt de patiënt zoveel mogelijk en in verhouding tot het begripsvermogen van de patiënt.
De patiënt kan een persoon aanwijzen om als vertegenwoordiger op te treden. De aanwijzing gebeurt via een gedagtekend en door de patiënt en deze persoon ondertekend bijzonder schriftelijk mandaat. Hieruit blijkt de toestemming van laatstgenoemde. Indien de patiënt meerdere personen aanwijst als vertegenwoordiger, bepaalt hij de volgorde waarin deze personen als vertegenwoordiger optreden.
Heeft de patiënt geen vertegenwoordiger aangewezen of treedt de door de patiënt aangewezen vertegenwoordiger niet op, dan worden de rechten bepaald bij deze wet uitgeoefend door de bewindvoerder over de persoon, aangewezen door de vrederechter.
Elektronische ontsluiting van de gezondheidsgegevens
De nieuwe wet voorziet in een bepaling die de patiënt het recht geeft op een elektronische ontsluiting van zijn gezondheidsgegevens. Het is noodzakelijk dat de zorgverlener naast het zorgvuldig en veilig bewaren van het patiëntendossier ook de gegevens van de patiënt op een veilige manier openstelt.
De arts moet gebruik maken van de toegangsplatformen om medische gegevens ter beschikking te stellen of valideren door de publieke overheid. Deze terbeschikkingstelling heeft tot doel dat onderzoeken niet onnodig worden herhaald.
Op een nog nader te bepalen datum zal de gezondheidszorgbeoefenaar er dan ook daadwerkelijk toe verplicht worden om elk patiëntendossier in elektronische vorm bij te houden en te bewaren.
Andere belangrijke wijzigingen waar je als zorgverlener rekening mee moet houden
Kwalitatieve dienstverlening
Bij het verstrekken van gezondheidszorg moet de zorgverlener rekening houden met de doelstellingen, waarden en zelfbeschikking van de patiënt. Dit zonder echter afbreuk te doen aan de diagnostische en therapeutische vrijheid van de gezondheidszorgbeoefenaar.
De medewerkingsplicht in hoofde van de patiënt
De patiënt moet de zorgverlener zo volledig en correct mogelijk inlichten over zijn gezondheidstoestand en de adviezen en instructies van de gezondheidszorgbeoefenaar zo goed mogelijk naleven.
Informatieverstrekking door de zorgverlener
De informatieverstrekking moet afgestemd zijn op de persoonlijke situatie van de patiënt, rekening houdend met de behoeften van de patiënt. Het kan zowel op verzoek van de patiënt als wanneer de zorgverlener het nodig acht. De zorgverlener moet voldoende tijd voorzien voor deze kwaliteitsvolle en doelgerichte informatieverstrekking.
Daarnaast is de zorgverlener ook verplicht om de patiënt over het volledige financieel aspect van de zorgverlening te informeren.
Vrije keuze van de zorgverlener
De zorgverlener is verplicht om de patiënt op de hoogte te brengen indien hij of zij omwille van opgelegde maatregelen niet meer voldoet aan de voorwaarden voor de uitoefening van het beroep en de praktijkvoering.
Klachtenbehandeling
De patiënt beschikte reeds over het recht om een klacht in te dienen bij een bevoegde ombudsfunctie met oog op een klachtbemiddeling, maar sinds de nieuwe wet heeft de patiënt ook de mogelijkheid om een klacht daadwerkelijk te laten behandelen.
Update: 31 mei 2024
Benieuwd naar hoe SheEO jouw medische of gezondheidspraktijk kan bijstaan? Ontdek ons services voor jouw medische of gezondheidspraktijk.